dinsdag 31 juli 2018

Nog 91 dagen (274 Talinn 2)

Heerlijk om toch nog een dag in Talinn/Reval te blijven. Genoeg te zien. En het weer is volop zomers: 29⁰C. Dus met fiets en benen de stad verder verkend. 

De stad heeft kronkelige, oplopende straten, geplaveid met keien. Binnen de oude stadsmuren zijn nog 26 wachttorens. Het kloppende hart is wel het Raadhuisplein met hoofdstedelijke gebouwen, w.o. koopmanshuizen en de oude stadsapotheek. Maar ook de terrasjes waren uitnodigend. Ik maakte er gebruik van om naar mensen te kijken en wat te lezen. 


Het meest indrukwekkende gebouw is de orthodoxe Alexander Nevsky-kathedraal met zijn koepels, gebrandschilderd glas, altaren, beelden en met goud beklede interieurstukken. 

Toch wilde ik ook wel eens wat anders zien en ging naar moderne winkelcentra als Rocca el Mare, dat tevens een openluchtmuseum herbergt. Ik neusde een tijd in een boekhandel en kocht een boek over de Baltische Landen. Ook schafte ik voor de tweede keer wat (zomer)kleding aan. In een snackbar at ik een favoriete maaltijd, dus met milkshake, franse frietjes en hamburger (jaja...). 

In de stad had ik nog wel meer kunnen zien, maar ik wilde en moest me beperken. Het was ook te warm. Dus ging ik via de camping naar het strand om er de verdere uren te verpozen; het liefst ben ik er na het avonduur als de ergste drukte voorbij is, de avondzon de zee prachtig kleurt. 


Piritastrand

maandag 30 juli 2018

Nog 92 dagen (273 Talinn 1)

Een van de langste dagtochten, nl. 228km van Kuressaare naar Talinn. De vorige langste waren naar Boekarest en naar Warschau, ook naar hoofdsteden. Het was wel 29⁰C bij oostenwind. In de escotheo heb ik airco, dus goed om uit te houden. 

En ik wilde niet veel halthouden/pauzeren. Om half tien vertrokken en met de veerboot van Kuivastu naar het vasteland, waar ik om kwart-over-elf weer mijn soloreis vervolgde. Om het middaguur kwam ik aan in Haapsalu, een kleine plaats gelegen op een smalle landtong. Het stadje heeft een burcht en een grote kerk, maar is meer bekend als kuuroord, waar de tsarenfamilie graag kwam. 

Na een pauze reed ik over de N9, langs Risti, Turba, Aasmäe naar de hoofdstad. Het verkeer werd steeds drukker, er was zelfs een stuk tolweg. 


Talinn ~ Kadriorgpark

Talinn (vroeger Reval) is verbazingwekkend: historisch oud en gedurfd modern. Een bruisend, dynamische stad. Bomenrijk en met leuke rode torentjes. Ik koos voor een camperplaats bij een sportaccommodatie in het grote Kadriorgpark, waar allerlei bezienswaardigheden en attracties zijn. Het park heeft paden en vijvers, en ook fraaie gebouwen, zoals het barokke paleis van Peter de Grote. Het leefde voor de bouw ook in een huis. Er zijn nog wat musea van of over nationale grootheden. En het imponerende Russalka-monument voor verdronken russische zeelieden. In het schelpvormige Liederentheater woonde ik 's avonds een muziekvoorstelling bij.

In de verdere middag ging ik de Botanische Tuin in. Altijd heerlijk om te doen. Ik wandelde er met een gids in de hand. Na de maaltijd in de escotheo ging ik met de fiets tot het donker werd de stad in. Ik passeerde de Dikke Margaretatoren, een deel van de oude stadsmuur. Dichtbij staan de Drie Zusters, middeleeuwse koopmanshuizen. 


Stadsbeeld

Opmerkelijk is de zeer hoge torenspits van de St.Olafskerk, die in de loop der eeuwen vele keren door brand is getroffen. Ook de Jezus-kerk heeft een opvallende toren. Ik bleef het langst in de buurt van het Huis van de Zwarthoofden, zoals die ook in Riga staat.

Het was even afkicken na het WK Voetbal, Wimbledon en Tour de France, maar gelukkig was er in het park ook wat te beleven. Het is dan wel jammer om het niet te kunnen delen.

zondag 29 juli 2018

Nog 93 dagen (272 Saaremaa)

Kuressaare op zondagmorgen: 26⁰C en nu eens zuidoostenwind. Op de racefiets, bepakt met rugzakje, waarin reparatieset en pompje, eten & drinken, extra T-shirt, vertrokken voor een verkenning van een deel van dit grote eiland. 

Kaali ~ kratermeertje

Ik had de wind in de rug om na 15km bij de meteorietkrater van Kaali te komen. Een bezienswaardigheid, die tussen de 4000 en 7500 jaar geleden, is ontstaan. Het heeft een diameter van 110m. 

Het was prima fietsweer. Ik was wel een van de weinige fietsers en moest opletten voor het autoverkeer. Bij Karja staat een klein middeleeuws kerkje, bekend om zijn reliëf en beeldhouwwerk. Bij Angla staan nog vijf van de honderden windmolens van het eiland.


Karakteristieke windmolens

Tegen het middaguur kwam ik in het noorden bij Leisi waar de veerboten vertrekken naar het eiland Hiiumaa. Ik hield daar wat langer pauze en fietste langs de ruige noordkust met pittige klimmetjes tot aan Vönma. Na Mustalja kreeg ik de tegenwind, maar de bossen beschermden me. 


Golfterrein

Tot de zuidelijke meertjes was het een eenzaam stuk. Ik passeerde een prachtig golfterrein, zoals ik nog maar weinig had gezien. Verder dook ik ter verkoeling en opfrissing een meertje in, uit veiligheid wel waar meer mensen waren. 

Het was een prachtige dagtocht van 65km. Goed om te doen, en ik was voldaan moe. Op de camping bereidde ik zelf een maaltijd en genoot buiten. Sinds 16 achtereenvolgende dagen heb ik in de Baltische Landen zomers weer. 

zaterdag 28 juli 2018

Nog 94 dagen (271 Kuressaare)

Op de camping was al vroeg veel bedrijvigheid, zodat ik op deze warme zaterdag (29 ⁰C) al voor 9 uur op weg ging vanuit Pãrnu over slechte binnenwegen langs dorpen als Valgeranna, Koimä naar de meertjes bij Töihela. Het landschap bood niet veel verrassingen meer. De landelijkheid van de Achterhoek. In de escotheo draai ik meestal CD's met klassieke muziek, zoals vandaag van Jãzep Vitols



Ik kwam zelfs op boerenwegen terecht, temidden van bossen en waterpartijen, niet ver van de kust. Bij Virtsu verliet ik beroerde wegen het camperbusje. Hier leggen de veerboten aan naar de eilanden. Het was betaalbaar, anders had ik voor het OV gekozen. Het blijft een low-budgetreis. 

Een korte reis, waardoor ik dacht: waarom hier geen brug gebouwd? Op  het kleine Muhu is niet veel te beleven. Toch bekeek ik de 13e eeuwse St.Catharinakerk en de natuurstenen boerderijen van Koguva. 

Over de brug kwam ik op Saaremaa, dat best een groot eiland is. Het is geheel geintegreerd in het fictieve Karstonia. Een agrarisch landschap, met veel klaprozen, akkerplanten, jeneverbesstruiken en heel veel bos. Ik volgde toch maar de hoofdweg en kwam na 163km in de middag te Kuressaare, de hoofdplaats. De ACSI-camping Piibelehe was snel gevonden.

Kuressaare ~ Bisschopsburcht

Het is een plaats van 16.000 inwoners. Ik vond het schilderachtig met de groene koepel van de St.Nicolaas, de Waag met trapgevel en nog wat oude huizen en gebouwen als bezienswaardigheden. Het stadje is ontstaan rond de Bisschopsburcht van duitse ridders. Ik bracht uren door in het stadje en vanwege de warmte in parkjes.

Dit zijn van die plaatsjes waar ik zou kunnen wonen als ik me zou terugtrekken uit de drukke wereld. Alleen hier duren de winters te lang. En ik mis de grote cultuur. In het stadje was 's avonds een spelavond; ik genoot vanaf een terrasje van de meest relaxte vakantiemensen die ik heb waargenomen.

vrijdag 27 juli 2018

Nog 95 dagen (270 Pärnu)

Pärnu (vroeger Pernau) is met 50.000 inwoners de vierde stad van Estland. De stad ook van juwelier Gustav Fabergé, schaker Paul Keres, violist David Oistrach en opmerkelijk geen bekende sportsterren. Het was overwegend zonnig bij 26⁰C en noordoostenwind. Die Baltische Landen zijn in de zomer zo gek nog niet.

Pärnu ~ view

Ik kwam vanaf de camping in het Koidulapark. Ik ben gek op parken (en eilanden en fonteinen...), terwijl ik absoluut geen bosliefhebber ben, maar meer van weidse zichten houd, zoals op bergen, bij meren en zeeën. Pärnu is een geliefd vakantieoord, ook bij buitenlanders. 

Maar eerst "deed" ik aan cultuur: de barokke Elizabethkerk in oker en met een kastanjebruine torenspits. Estland is voornamelijk luthers en ik trof het weer met oefeningen op het orgel. Door een rechte straat kwam ik in het centrum met nog middeleeuwse elementen. Straten zijn ook autovrij. Het opmerkelijke Raadhuis is in meerdere bouwstijlen, maar verrukte door het art-nouveau-interieur. 

De St.Catharinakerk is het pronkstuk van de stad. Het heeft groene koepels en ranke spitsen en gietijzeren kruisen en is ook van binnen fraai ingericht. In de omgeving ging ik genieten op een terras. Was het in de provincieplaatsjes nog erg goedkoop, hier waren het Parijs-prijzen.
Pärnu ~ het centrum

Ik wandelde naar de rivier, dat langs de oevers parken en attracties heeft. In de omgeving het Concertgebouw en ik zag op affiches dat er veel feestelijke en culturele evenementen zijn.

Na het middaguur ging ik terug naar de camping, at er heel gezond en ging met badspullen naar het strand, want daar is Pärnu een trekpleister om geworden: er zijn hotels, spa's, restaurant-café's, bars, snoep- en ijstentjes. Kortom: de vakantieconsumptie in optima forma. 


Pärnu ~ strand

Ik voel met altijd wat bekeken: man alleen op het strand. Dus ga ik de zee in met handdoek over de rugtas. Totnogtoe heb ik geen rampjes gehad met diefstal enzo. Op camping raadden ze wel uitdrukkelijk af om wild of illegaal te camperen.

Aan het einde van de middag ging ik terug om de laatste bergrit van de Tour te zien. Roglic was de beste; Dumoulin kon niet beter. 's Avonds ging ik naar een voorstelling in het Koidula-park.

donderdag 26 juli 2018

Nog 96 dagen (269 Mid-Estland)

In Griekenland zijn regio's en plaatsen waar ik op deze reis geweest ben ten prooi gevallen aan bosbranden met vreselijke gevolgen. Ik was er nog begin-juni en wist wel dat ik er voor juli-augustus weg moest zijn. 

In de Baltische Staten is ook erg veel bos, maar branden komen haast niet voor, ook omdat er erg veel beken, riviertjes, meren zijn. Al vrij snel na mijn vertrek kwam ik in Palmse, dat het bezoekerscentrum heeft voor het natuurgebied Lahemaa. Maar de bezienswaardigheid is het barokke landhuis met parkachtige omgeving. Al was het nog ochtend toch genoot ik van een glas mousserende wijn.


Paide

Over de Loobu reed ik naar Tapa aan de N5, maar ik lunchte in Paide op het burchtplein bij de achthoekige kasteeltoren. De plaats heeft een lelijk winkelcentrum dus ging ik verder door een weelderig landschap via Türi naar Vändra aan de gelijknamige rivier. Het was bij een oostelijke wind inmiddels 27⁰C. En ik had 150km afgelegd, eigenlijk te veel. 


Het echte kamperen
Camping Konse

Toch reed ik nog 60km langs riviertjes door naar de kustplaats Pärnu, de zomerhoofdstad van Estland. Ik kwam op de camping Konse, een volle camping. Ik kon er douchen en 's avonds genieten van een bijna verdwenen kampeerleven van tentkampeerders en jongelui. Zij gunden mij rijke westerling met mijn escotheo geen blik waardig. Maar ik relaxte buiten met laptop en boek.

woensdag 25 juli 2018

Nog 97 dagen (268 Lahemaa)

Het natuurpark Lahemaa is het grootste van Estland. Het is gesticht in 1971, in de Sovjettijd. Het park bestaat voor 2/3e uit naaldboombos, maar heeft ook weiden, moerasland en wordt doorsneden door riviertjes. Er is een grote variëteit aan planten; er leven nog wilde dieren. Op een uur rijden van hoofdstad Talinn is het een populaire bestemming. 

Landhuis Sagadi

Ik had het erg naar m'n zin en vanuit de camping besloot ik tot een fietstocht in de omgeving. Het was 26⁰C. Eerst kwam ik in Võsu, een charmant plaatsje met elegante houten huizen. Aantrekkelijk is het witte strand met de duinenrij er achter. Ik gebruikte er in een restaurantje koffie met een vruchtentaartje. 

Voorbij het dorpje Koljaku fietste ik Sagadi binnen. Ik kwam bij het 18e eeuwse landhuis, dat bijgebouwen heeft om een binnenplaats, een fraai poortgebouw en een barokke inrichting, zodat ik een beeld kreeg van het leven van de duits-baltische elite, dat er zo lang heerste. 

Na het middaguur bereikte ik met wind tegen Oandu, dat het centrum is voor wandelingen. De geur van het bos rook ik in de hele omgeving. Het plaatsje Altja is een schilderachtig vissersdorp aan een grillige kust. Het heeft kleine aantrekkelijkheden, zoals vissershuisjes met rieten daken en een hangbrug.

Ik wilde op tijd terug zijn in de escotheo om de touretappe te zien, die vooraf als een groots sportevenement was gepresenteerd. Met een formule-1-start en daarna drie cols over een traject van 70km. De est Tanel Kangert heeft vanaf het begin fantastisch gereden.

's Avonds kwam ik tot een ongekende onthaasting. Elk verlangen om verder te reizen leek verdwenen. Ik zou hier weken kunnen blijven en daarna huiswaarts keren. 

Lahemaa ~ waterval

dinsdag 24 juli 2018

Nog 98 dagen (267 Kãsmu)

Op doorreis vanuit Narva kwam ik in Sillamãe, dat in de Sovjettijd vanwege de uraniummijnen niet eens op de kaart stond. Het verraste me vanwege de goed onderhouden flats, de omzoomde boulevards en parken. Er liepen op het plein heel wat toeristen.

Ontika kust

Estland is evenals de andere Baltische staten een "leeg" land. Je kunt tijden rijden zonder een tegenligger te ontmoeten. Ik volgde de Ontikakust, dat bestaat uit een kalksteenplateau en mij een weids uitzicht bood over de Finse Golf. Het mooiste was het passeren van een waterval van 26m.

Ik had overal wel halt kunnen houden. Ook na een reis van 267 dagen doe ik elke dag weer verrassende ervaringen op. De plaatsjes Toila, Mahu, Karepa, Vainupea, Altja, Võsu....ik zal ze allemaal wel vergeten. Het leven lijkt er eindeloos. 

Ik kwam in de middag in het schiereilandengebied van Lahemaa. Zette de escotheo op de camping van natuurliefhebbers, bepakte de rugtas en reed met de racefiets de zwerfkeienroute van Kãsmu. Overal liggen ze, de grootste is 5,5m. Soms moest ik van de fiets af en gaan wandelen. 

Kãsmu

Ik was 2125km van huis. Ik zou er achterelkaar 24 uur voor moeten rijden, maar ik had daar geen neiging toe. Ik heb zelden, behoudens het hooggebergte, zo genoten van de stilte. De zee is fascinerend, uitnodigend en bedreigend tegelijk. De zwerfkeien doen denken aan voorwereldlijke tijden.  

Ik ging pas laat terug. De camping lag in de avondzon. De mensen waren heel rustig, wel werd er weer (teveel) gebarbecued. Ik had een eenvoudige maaltijd, maar ook wat etse worstje op mijn electrische bbq (tja...). Ik keek naar de finish van de touretappe in de herhaling. Alaphilippe won na een magistrale afdaling; Mollema en Geesink komen tekort. Deze dag kreeg een 9.


maandag 23 juli 2018

Nog 99 dagen (266 Narva)

De zomerwarmte viel op me. Ik verlangde naar water. Ik ontbeet rustig buiten het camperbusje. En vervolgens reed ik over de N43 in oostelijke richting naar het Peipusmeer. Ik had er nog niet van gehoord, maar het is een van de grootste meren van Europa. In het zuiden gaat het over in het Lämmimeer en het Meer van Pskov. Het wateroppervlak wordt verdeeld over Estland en Rusland. 

Peipusmeer
Satellietfoto van het Peipusmeer
Satellietfoto van het Peipusmeer
Het Peipusmeer wordt gevoed door een groot aantal rivieren, waarvan de Emajõgi, Estlands grootste rivier, de voornaamste is. In het noordoosten watert het meer via de rivier de Nar'va af naar de Finse Golf.
Aan het meer liggen nauwelijks grote plaatsen. Aan de Estische kant zijn Mustvee en Kallaste het belangrijkste en aan de Russische kant Gdov. Bij Kallaste heeft het meer een glintkust van rode zandsteen.
Het Peipusmeer is belangrijk voor de visserij (vooral spiering). De plaatsen aan de Estische oever worden sinds de 17e eeuw voor een groot deel bewoond door Russische oudgelovigen, die hier vanuit Novgorod naartoe zijn gevlucht. Deze plaatsen onderscheiden zich in hun bouw duidelijk van andere Estische plaatsen. De dorpen langs het meer staan tevens bekend om hun fruitteelt.
In het zuiden van het meer ligt een bewoond eilandje, Piirissaar (= grenseiland, omdat de oude grens tussen Lijfland en Rusland eroverheen liep). Sinds 1920 is het geheel Estisch. Bij dit kleine eiland vond in 1242 de beroemde Slag op het IJs plaats, waarbij Rusland onder Alexander Nevski de ridders van Duitse Orde versloeg.

Mijn halteplaats was Kallaste. Een klein woonoord waar ik het cyrillisch schrift op borden zag. Daarna reed ik naar Mustvee, dat mij iets meer beviel, maar toch deed beseffen dat ik buiten de bewoonde wereld was gekomen. De mensen waren eenvoudig gekleed. Aan het grote meer vond ik een goede plek om te lunchen en van de onwerkelijke rust te genieten. Het was inmiddels 28⁰C. Bij Kauske liet ik het meer achter me.
Pühtitsaklooster
Over de fraaie N3 sloeg ik af naar Kuremãe, waar ik uitstapte om het beroemde orthodoxe Pühtitsaklooster te bezoeken. Ik liep door de imposante toegangspoort met zeven grote klokken. Het complex telt zes kerken en een grote kathedraal ter ere van Maria Hemelvaart. Het bezoek was een belevenis, zoals ik in weken niet gehad heb. De begraafplaats was al bezienswaardig. Religie is natuurlijk fictie, maar het heeft wel veel moois opgeleverd...
Aan het einde van de middag belandde ik in Narva, dat mij nog bijstond uit de historie vanwege oorlogen tussen de Russen en de rest. Het is qua bevolking een russische stad van 65.000 inwoners, pal aan de grens. Aan de westoever van de rivier zag ik het kasteel. Ik zocht en vond een camping waar ik geen prettig gevoel bij had: chaotisch, vuil, onvriendelijk beheer. Maar hier in het wild gaan staan, was geen optie... 
Ik kreeg contact met landgenoten die de Baltische Staten "deden". Samen maakten we een avondwandeling door de stad. Aparte gebouwen, beelden, sfeer. Een groene triomfboog b.v. Voor het eerst besefte ik toch wel ver van huis te zijn.
Narva

zondag 22 juli 2018

Nog 100 dagen (265 Tartu)

Op zondag in een (middel)grote stad doorbrengen heeft altijd mijn voorkeur gehad. Vandaag met de beste zomertemperatuur die je je bedenken kunt. Tartu (vroeger Dorpat) telt 92500 inwoners, is de tweede stad van Estland en al sinds 1632 een universiteitsstad. Ingrediënten voor sfeervolle gezelligheid. 

Tartu

Vanaf de camping fietste ik naar het met kasseien geplaveide Raadhuisplein met fontein en tussen twee rivieren.  Ik dronk koffie bij de lange rivierbootpier.  

Ik bracht een tijd door in een park en heb dan altijd wel leesvoer bij me, want alleen maar kijken houd ik niet lang vol. Dan wil ik al snel weer verder. Hel aardig was een beeld van vader & zoon. De Engelenbrug en Duivelsbrug zijn fotogeniek.

Veel middaguren was ik op en bij de Toomemägi, de kathedraalheuvel. Veel bomen en gazons. Het is geen kerkelijk gebouw meer. Het hoofdgebouw van de universiteit is in monumentale stijl gebouwd. 

Op een nabijgelegen terrein werd gesport. Het is een stad van de beste wielrenners (Kirsipuu, Aus, Taaramäe). Ik ontdekte een zwembad, ging spullen halen en bracht tot 19 uur daar door. Het was erg vol met kinderen, maar voor je rust hoef je ook niet naar zo'n gelegenheid te gaan. Op de camping draaiden de bbq's maximale uren. Ik ging maar een stuk fietsen tot het donker werd.

zaterdag 21 juli 2018

Dag 264 ZO.Estland

Na gastvrouw en gastheer bedankt te hebben reed ik oostelijker langs het openluchtmuseum Môniste naar het plaatsje Rôuge, dat in de gids als een van de aardigste estse oorden wordt aangeprezen. De ligging is aan het diepe Suurjärv-meer en in het decor van het Nachtegalendal. Het was zomers met 24⁰C en in de schaduw van een kastanje aan het pleintje genoot ik van de lome rust en de koffie met lokaal gebak. Veel meer heb je niet nodig.

Hoogste Punt

De Suur Munamậgi is met 381m het hoogste punt van de Baltische Landen, dus zo vlak is de hele regio. Met een lift ging ik naar het observatiepunt waar ik een fraai uitzicht (tot in Rusland) had. Heel veel bos en waterpartijen. 

In de middag bezocht ik Vastseliina, waar in de buurt een 14e eeuws kasteelruine ligt. Daarna kwam ik in Vỡru dat weliswaar houten huizen heeft, maar nog meer vervallen flatgebouwen. De omgeving is wel de moeite waard. 

Over de N64 bereikte ik Põlva aan de Abja, waar aan het meertje recreanten waren. In het plaatsje was een cultureel evenement bij een gebouw met dakterras. Ik ben bijna altijd alleen, dus ik vind het lastig om een heel tafeltje met stoelen in beslag te nemen. Ik doe dat dan ook nooit lang en neem een stoel apart.

Taesvaskoja

Toch maar verder op deze rijdag, nadat ik de finish van de touretappe in de escotheo had bekeken. De watermolen in rode baksteen bij Kiidjärve en de zandsteenkliffen bij Taevaskoja zijn echte  bezienswaardigheden. De avonden zijn nog lang en dan heb je de gloed van de neergaande zon die alles nog mooier maakt.

Ik reed door naar de camping van Tartu, de op een na grootste stad van Estland. Een goed uitgangspunt voor de zondagse verkenningen.

vrijdag 20 juli 2018

Dag 263 Sangaste

Bij heerlijk zomerweer vertrokken uit Riga. Prima stad om te verblijven. Maar de soloreis gaat verder. Over de A2, door bosgebieden, naar Sigulda. Het is een historische stad aan de rivier de Gauja. Boven de stad een burchtcomplex waar geoefend werd voor een historische voorstelling. Letland heeft iets provinciaals, maar dat is wel aangenaam. In een park waarbij ik geparkeerd had, stond een merkwaardig gebouw met een karakteristieke ronde toren, een soort Pisa op zijn Letlands.

Ik kwam tegen het middaguur in Cêsis -ook aan de Gauja-, dat midden in een bosrijk gebied ligt. Er staat ook een burcht, een vervallen orthodoxe kerk in het blauw, en nogal wat vervallen panden. Ik lunchte er op een stoeltje buiten de escotheo. Heb altijd veel bekijks.

Ik reed door naar Valmiera, dat economisch welvaart door de ligging aan een spoorlijn. In een supernetto deed ik boodschappen. Supers binnen de EU zijn overal hetzelfde, maar ik nam toch wat letse producten, waaronder een fles wijn. Bijna elke plaats, hoe klein ook, heeft flatgebouwen, maar ook parkjes met vijvers, fonteinen, bankjes. 


Ik volgde de Gauja, via Strenci over de A3 naar grensplaats Valga, 165km van Riga. Na een kleine week Letland het derde baltische land: Estland. Het telt 1,3 miljoen inwoners, heeft een andere taal, die met het fins verwant is, en rekent gelukkig in euro's. Ook dit land is overheerst geweest door buurvolkeren tot het in 1991 onafhankelijk werd. Ik heb inmiddels 23000km afgelegd (in Letland 730km).

Ik besloot verder te rijden, want de plaats werd ontsierd door rijen flatgebouwen. De kerkjes en houten huizen had ik wel gezien. Het oostelijk gelegen Vorü was ook niet aantrekkelijk en dus kwam ik in Supa terecht, gelegen in een vlak landschap met weiden. Het kon me ook niet bekoren.
Landhuis Sangaste

Op een schaduwplaats aan een meertje bereidde ik een gezonde avondmaaltijd en besloot om in de vooravond verder te rijden. Uiteindelijk kwam ik bij het neogotische landhuis Sangaste waar ik aanbelde. Ik vroeg of ik er mocht overnachten. Voor het eerst op deze wijze. En dat werd gastvrij goed gevonden. Later werd ik aan de tuintafel genood en mij alcohol en koek aangeboden, maar de conversatie kwam door gebrekkig duits en engels niet op gang. Om 22 uur verdween ik in het camperbusje.

donderdag 19 juli 2018

Dag 262 Riga (2)

Op de camping had ik gesprekken met diverse gasten, o.a. een stel waarmee ik op 23 juni in Zakopane een bergwandeling in groepsverband had gemaakt. Dertigers die een maand door Oost-Europa trekken en binnenkort weer naar eigen land terugkeren. Ze zijn op hun reis betrokken geweest bij een ongeval en daardoor enige dagen in een ziekenhuis beland. 

We vonden het plezierig om met elkaar de jugendstijl-wijk van Riga te bezoeken. Doorgaans ben ik een solist-pur-sang (op reis) maar dit leek me ook wel leuk. En dat was het ook. Ze waren geinteresseerd, hadden kennis en humor. De Baltische Staten beviel hen buitengewoon. Het zijn dunbevolkte landen met mooie landschappen, boeiende plaatsen en vele bezienswaardigheden. De mensen zijn vriendelijk maar gereserveerd. Er leven nog grote minderheden aan Russen.

Fraai Riga

We wandelden naar het Raadhuisplein en omgeving. Het Huis van de Zwarthoofden en Schwabhuis zijn erg fotogeniek. Twee bouwkundige elementen getuigen van het Sovjet-tijdperk. Met Antwan en Sophia ging ik het Mentzendoff-huis binnen. Zij vertelden mij verder ook veel byzonderheden over de St.Petrus-kerk, die een toren heeft van 123m. 

Jugendstil ~ Alberta iela 4

Na een gezamenlijke lunch in letste stijl wandelden we naar de Alberta iela, Elizabetes iela en Strelnieku iela waar gebouwen met Jugendstil-elementen staan. In Praag heb ik daar ook zo van genoten. Overigens zagen wij later in de Kaleju  iela het mooiste gebouw. 

Ik vertelde Antwan & Sophia over de familie van Alexander Münninghoff en kwam in de straat waar de familie woonde. En ik interesseerde hen voor het landgoed Von Lomani. (Het is tegenwoordig een parfummerk).

We kwamen na veel zoeken bij Dauderi terecht, dat het landgoed van president Ulmanis was. Het is museum geworden dat we geinteresseerd bezochten. In het park staan beelden en andere attracties. Ik wilde de finish van de etappe naar Alpe d'Huez kijken en dat lukte in een cafe in de Moskou-voorstad.

Na het bezichtigen van nog wat bezienswaardigheden gebruikten we er ook de avondmaaltijd. De conversaties waren aangenaam en gingen grotendeels over vakantie-ervaringen en de historie van de Baltische Staten. Zij hadden beiden voor universitaire instellingen gewerkt, en waren uitgesproken milieu-activisten. 

Riga ~ sfeerbeeld

woensdag 18 juli 2018

Dag 261 Riga (1)

De dagbestemming op 23km afstand was Riga de hoofdstad van Letland. Het was zonnig met temperaturen die opliepen tot 29⁰C. Ik zette de camperbus op camping Riverside, op het eiland Kipsala, ter hoogte van de universiteit. 


Riga ~ view

Riga is een oud handelscentrum en kosmopolitische stad. Ik was meteen in de ban, zij het met hier-en-daar een kritische blik naar voormalige sovjetbouw en modernistische rotzooi. Maar het centrum staat terecht op de wereld erfgoedlijst van UNESCO. De stad ligt aan de westelijke Dvina. Er zijn opmerkelijk veel parken en plantsoenen, brede wegen, maar ook schilderachtige smalle en kronkelige straatjes met keien geplaveid, die weer op pleinen uitkomen. 

Ik begon bij het Vrijheidsmonument, een ranke, hoge zuil uit 1935. Vanwege de warmte ging ik het Bastejkalns in, een lommerrijk park, waar in januari-1991 wel gevechten zijn geweest. Toch ging ik ook verder naar de voormalige St.Jacobuskazerne, dat ruimte biedt aan winkels en restaurants.


Riga ~ Grote Gilde

Ik kwam bij de Zweedse Poort, een van de oude stadspoorten. Er door kwam ik in de Oude Stad met veel bezienswaardigheden: het kunstmuseum, het massieve parlementsgebouw, de Jacobus-kathedraal, de panden De Drie Gebroeders en ik pauzeerde bij het Kasteel van Riga. 

Aan het einde van de middag trad ik nog twee kerken binnen: de bakstenen neogotische Verlosserskerk en de grote Maria-kathedraal, helaas in teveel bouwstijlen, wel met praalgraven, fijn houtsnijwerk en gebrandschilderde ramen. Ik wandelde door de gaanderij.

Tegen etenstijd was ik in de buurt van het Grote Gilde en Kleine Gilde, de hoofdkwartieren van de Hanzeperiode. De avonduren bracht ik door in de Esplanade, waar het genieten was van het zomerse leven. 

dinsdag 17 juli 2018

Dag 260 Jurmala

Vanuit Bauska over de binnenweg P94, langs het riviertje de Lielupe en een vruchtbaar gebied kwam ik terecht in Jelgava, een stad van 62.500 inwoners. Het was 30⁰ C bij een NO-wind. 

Jelgava

De stad is omgeven door water en heeft nogal eens wateroverlast meegemaakt. In de rivier staat het rood-rose paleis uit de 18e eeuw van Rastrelli. De residentie van de hertogen van Koerland, maar nu een landbouwhogeschool. Ooit heeft de troonpretendent van Frankrijk Lodewijk XVIII er in ballingschap gewoond. 

Ook van dezelfde bouwheer zijn de imposante Simeon & Anna-kathedraal. De stad heeft brede straten en wat pleinen en dat komt voor een bezoeker de overzichtelijkheid ten goede. Vaak is de 2e WO de oorzaak van de herinrichting. 

Ik vond het, ondanks de warmte, plezierig om in die stad te zijn. Steeds meer heb ik in de Baltische staten een geofictie-beleving (Seppië, Spokanië). Landschappen en steden zijn niet spectaculair, maar aangenaam. In Jelgava kwam ik langs de toren van de Drievuldigheidskerk en twee neoclassicistische gebouwen, de Villa Medema en Villa Petrina. Een museum ging ik bij dit weer niet binnen.

Pas na de lunch reed ik verder over de P98 en A10 naar Tukums in het grensgebied van vlak land en heuvels. Duitsers, Polen en Russen zijn er de baas geweest. 

Jűrmala met Aspazijahuis

Via Kemeri, dat een prachtig park heeft, bereikte ik Jűrmala aan de Golf van Riga en temidden van naaldbossen, parken en waterpartijen. Beter had ik niet kunnen kiezen. Een oud-kuuroord met veel nostalgische -vaak houten- gebouwen naast de moderne spa's en hotels. Het stadshart is autovrij en een lust om te wandelen langs terrasjes, restaurants, winkels, galeries. Ik had geparkeerd bij het grote Dzintari-strand waar meer campers stonden. 

De hele verdere middag en avond bracht ik op het strand en in de zee door. Het strandleven is mondiaal, overal hetzelfde. Mooie en lelijke lijven, beschaafde en ordinaire types, drukke kinderen, maar vooral dolce farniente. 

maandag 16 juli 2018

Dag 259 Bauska

Wakker geworden door het forensenverkeer, dat naar Riga of een kustplaats ging. Dus al vroeg op de P108 door Koerland, ook al weer zo'n historische naam. Glooiend landschap met veel bos en riviertjes. Al om 10 uur zat ik aan de koffie in Saldus, dat fraai gelegen is aan het Cieceremeer. Het was er 28⁰C, hetgeen ik sinds Slowakije -25 dagen geleden- niet meer heb meegemaakt. In NL kijken ze er niet meer van op. Het is helemaal een plaats waar geen flats thuishoren, maar ze staan er in elk woonoord. Jammer!


Kasteel Jaunpils

Over de A9 kwam ik tegen het middaguur bij Kasteel Jaunpils. Het oorspronkelijke kasteel is uit 1301, maar het heeft branden en oorlogsgeweld meegemaakt. Wat ik zag is eigenlijk een reconstructie. Verder lag Dobele aan de oever van de Bêrze. Ik hield er halt, zag een ruine en ging er zwemmen.

Verder in de middag passeerde ik natuurpark Têrvete, dat een themapark van sprookjes heeft. Het einddoel van deze warme dag waren de kastelen Meżotne en Rundâle. Het eerste gebouw is pastelkleurig en in neoclassicistische stijl. Het is tegenwoordig een hotel en ik ging naar binnen om er de koepelzaal te bewonderen.

En toen kwam het toetje van de laatste weken. Volkomen verrassing is het Rundâlepaleis van Rastrelli uit de 18e eeuw. Een franse stijltuin maakt het plaatje compleet. Ik kon er tot sluitingstijd 18 uur rondlopen. 


Rundale Paleis

In de avond kon ik kamperen bij Bauska, waar twee rivieren samenkomen. Het ligt in de regio Semgallen. Met de fiets maakte ik nog een avondtour door het provinciestadje, waar alle sovjetelementen worden verwijderd. 

zondag 15 juli 2018

Dag 258 Kuldiga

Bij een goede temperatuur en droog weer al vroeg op weg langs de Lijflandse kust. Een prachtig gebied aan de zee met in het achterland zandduinen en naaldbossen. De eerste halte was bij de Sliterevuurtoren, dat een fraai uitzicht bood. Mazirbe is het dorpje van de Lijven, een oeroude finse stam. Wat verder in Koşrags leuke houten huizen. Na Vaide bereikte ik Kaap Kolka waar Oostzee en Golf van Riga samenkomen. Tegen het middaguur was ik voor een lunchpauze bij het Witte Duin van Pűrciems. Mijn dag was al geslaagd.

Lijflands kasteel

Ik nam de afslag bij Gipka over de P125 naar Dundaga, gesticht in de 13e eeuw door de Lijflandse Orde. Heerlijk zo'n dorpje, alsof je in Drente bent. Ook de andere dorpjes die ik op deze middag doorreed, zoals Talsi en Sabile waren pittoresk, vaak door hun ligging aan een rivier of meertje. Vaak getooid met een kasteel(ruine) op een heuvel. 

Uiteindelijk beëindigde ik mijn dagtocht in de regio te Kuldiga (14.000 inwoners), gelegen aan de Venta, waar ook een heel brede waterval is.  Een heel charmant en fotogeniek stadje. In de plaats zelf houten huizen en enige kerken. Ik had naar de camping kunnen gaan -pas mijn 41e- , maar koos voor een plek op een schoolplein. In de escotheo zag ik de WK-finale Frankrijk-Croatia 4-2. Over het hele toernooi gezien vond ik België het beste spelen. Frankrijk is als landenteam een soort PSV. Je ergert je, maar ze winnen wel.


Kuldiga

zaterdag 14 juli 2018

Dag 257 Ventspils

Er zijn weinig dagen dat ik het niet weet of ik verder zal reizen of blijven. Liepaja was best wel aangenaam om te blijven. Het ligt aan de kust met stranden. Ik deed dat in de ochtenduren bij 22⁰C. In de stad bezocht ik de Karosta Gevangenis, waar ik zelfs in een cel had kunnen overnachten. Maar interessanter vond ik de lutherse Drievuldigheidskerk, waar op een orgel barokmuziek werd geoefend. Een gratis concert! Ook ging ik binnen in de St.Nicolaas-kathedraal, een orthodoxe kerk met vijf vergulde koepels, en een rijk interieur. In de stad werden voorbereiding getroffen voor een muziekfestival. Toch keerde ik terug naar de camping en vervolgde mijn soloreis.

Pâvilosta

Over de P111 naar het vijftig kilometer noordelijk gelegen Pâvilosta. Het heeft een moderne jachthaven, waar ik het leuk vond om over de kade te wandelen en naar de jachten, kano's, vissersboten en surfers te kijken. Het heeft twee lange pieren waartussen de boten naar de zee varen. Ik lunchte er met letse witte wijn Sampanietis. De plaats is nog volop in ontwikkeling en je kunt er voor een redelijke prijs appartementen met bootstalling kopen. 

Ventspils

Nog 70km noordelijker, aan de kust, ligt Ventspils (44.000 inwoners), een oude Hanzestad, maar ook een havenstad met zijn lelijkheden. Ik kon de escotheo halverwege de middag goed parkeren bij het Openluchtmuseum, waar oude dorpjes zijn nagebouwd. Er was een ambachtenmarkt met lokale producten. 

In de stad zocht ik een gelegenheid om te kijken naar de damesfinale op Wimbledon en de WK-wedstrijd België-Engeland om de 3e plaats. In de wijk Ostgals vond ik die.

vrijdag 13 juli 2018

Dag 256 Liepaja

Vertrokken bij regen en 19⁰C, hetgeen niet vaak voorkomt. Ik reed over de N155 en grotendeels langs een oude spoorlijn en de Venta. Het landschap was donkergroen. Glooiend met heel veel bossen en wateren, dus groen-blauw aan de ogen. Eigenlijk wilde ik nergens stoppen, maar in Maẓeikiai was het even droog. Hier wel erg veel flatgebouwen tussen 5 en 7 hoog. 

Na het verlaten van deze plaats van 45.000 inwoners zonder veel aantrekkelijkheden, reed ik naar de grens van Letland bij Ezere. In het paspoort staan inmiddels zoveel stempels na 19 landen dat ik eindelijk eens snel door mocht. Ik kwam over de P106 in ongeveer hetzelfde landschap en bebouwing terecht. In Nigrande waar de temperatuur opgelopen was, maar het nog altijd regende, wilde ik de eerste letse ervaring opdoen. De flats waren er nog afschuwelijker, maar in een parkje was het nog om uit te houden.



Letland. Door het lezen van de autobiografie van Alexander Münninghoff, die letse achtergronden heeft, wist ik al veel van het land, ingeklemd tussen de twee andere baltische staten en eigenlijk door Riga het bekendste is. 

Het is ook een vlak en glooiend land van bossen, meren, riviertjes, zandstranden en historische lokaties. Er wonen maar 2 miljoen mensen, warvan nog altijd 30% russen. Tijdens de inlijving bij de Sovjet Unie (tot 1991) is het geindustrialiseerd en volgezet met lelijke gebouwen. 

Door de eeuwen heen is het land overheerst: duitse ridders, zweden,  polen, russen. Strijd tussen katholieken en protestanten. Lijfland en Koerland. Riga werd in 1201 gesticht. Op die stad drijft de hele economie. Het toerisme is een voorname bron geworden. 

Ik vervolgde de rit van 195km naar de kust, waar ik bijna twee weken van verstoken was geweest. Na Priekule kwam in aan het begin van de middag in kustplaats Liepâja, ooit even hoofdstad. Ik zocht en vond een camping bij het Kustpark, installeerde me en omdat het droog was -wel bewolkt- ging ik met racefiets en wandelend de stad in.

Liepaja

De stad met 85.000 inwoners ligt aan de zee, een meer en een rivier. Mooier kan het niet. Het afficheert zich als een badplaats, een spa-resort, maar daar valt nog wel op af te dingen. Het heeft wel bezienswaardigheden, ondanks de verwoestingen in oorlogen. Nog veel straten, geplaveid met keien. 

De Alexander Nevski-kerk is orthodox en dus voor de russische minderheid. De gele St.Jozefs-kathedraal met torens heeft binnen bijbelse taferelen. De sobere St.Anna-basiliek heeft wel fraai houtsnijwerk. Het waren korte bezichtigingen. Heel aardig was het lopen door de grote overdekte markt. Zo leer je de letten het beste kennen. Langer bleef ik tot 17 uur in het Bezettingsmuseum, omdat ik die geschiedenis van het land ook wilde kennen en zien. De moord op duizenden joden beklemde opnieuw. 

De stadscamping was rommelig, maar had wel de basic-faciliteiten. Een keertje goed douchen en de was doen waren nuttige bezigheden. 's Avonds keek ik eindeloos lang naar mannentennis op Wimbledon.

donderdag 12 juli 2018

Dag 255 Siauliai

Op de N122 werd ik in de ochtend aangehouden door een militaire patrouille. Er waren in Litouwen trouwens veel politieagenten en militairen op de been, zeker bij de grenzen. De escotheo werd grondig geinspecteerd en ik werd in goed engels ondervraagd. Opnieuw hielp het document in het litouws en mijn blog op de laptop. Ik was duidelijk op soloreis.

Panevéžys is met 165.000 inwoners een grote stad in het dunbevolkte Litouwen. Ik reed er langs, ook vanwege de flatgebouwen, maar zag wel de neo-barokke Christus Koning-kathedraal. En bij een park een groot standbeeld van een vorst. 

Pakruojis

Ik maakte een omweg naar Pakruojis waar een 18e eeuws landgoed is met 40 bijgebouwen en een groot park waar ik een wandeling maakte en lunchte. Ik kan me voorstellen hoe het 18e eeuwse landleven daar was.

Daarna reed ik naar het einddoel van deze dag: Śiauliai. Ik kon de escotheo in het centrum kwijt en wandelde er een paar uur rond. Veel is na de verwoestingen in de 2e WO vernieuwd. Het voordeel zijn brede, rechte straten, pleinen en parken. Het Zonnewijzerplein is wel het hart van de stad. Het heeft een bijzondere inrichting, als een soort amfitheater. De Petrus & Paulus-kathedraal heeft een opvallend toren; het interieur is een allegaartje. Ik was er gauw weg.

Kruisenheuvel

Aan het einde van de dag bezocht ik de Kruisenheuvel, die ik door  Kara & Nate als tip had mee gekregen. Op een terp staan en liggen tienduizenden kruisen met inscripties van de schenkers. Heel indrukwekkend. 

Uit een gids had ik opnieuw een boerencamping getraceerd. Ik werd hartelijk ontvangen met koek en bier. En bracht de avond en nacht op gepaste wijze bij de varkensstal door. 

woensdag 11 juli 2018

Dag 254 Rokiskis

De dag begonnen met zwemmen in een meertje. Lekker fris en verkwikkend. En daarna vanuit de rustigste plek sinds lang weggereden over de N115 naar Ukmergè. Ik volgde grotendeels de Neveżis. Als ik na ruim 200 dagen al niet zoveel landschappen had gezien zou ik meer genoten hebben van het litouwse. Nu wist ik het na een week wel. 

Ukmergè

Ik kwam tegen het middaguur aan in Ukmergè aan de Śventoji. Het was 24⁰C met zonnige perioden en wind uit het oosten. Het is een rustig provinciestadje waar ik opnieuw een grote Petrus & Paulus-kerk zag en een synagoge. Op het centrale plein at en dronk ik wat in de escotheo.

Over een glooiend landschap reed ik langs het laatste smalspoor van Europa. Aan mijn oostzijde lag het Rubikiai-meer waar aantrekkelijke eilandjes in liggen. Ik hield halt om van het uitzicht te genieten. 

Het naar het noorden gelegen paardenmuseum sloeg ik maar over. Mooie dieren, maar meer dan kijken doe ik niet. Over de N120 arriveerde ik in Rokiṣkis dat in een prachtige omgeving ligt. Ik kan me voorstellen dat je een hele zomervakantie in de baltische staten kunt doorbrengen als je van natuur en rust houdt.

Ik hield halt bij het vermaarde landhuis in neoklassieke stijl en met barokke verfraaiingen. Het is verder een gewone provincieplaats met een paar opmerkelijke architecturen en een monument. Bij een supermarkt kon ik tanken, boodschappen doen en in het restaurant snacks eten. Er was in de buurt een soort boerderijcamping voor €10,- en daar bracht ik de avond door met de andere halve finale WK voetbal tussen Engeland en Croatia (1-2 na verlenging). De tennismatch tussen Nadal en De Potro was boeiender. 

dinsdag 10 juli 2018

Dag 253 Vilnius-Moletai

De ochtend wilde ik nog in Vilnius doorbrengen. Het zou wisselend zonnig zijn bij 23⁰C. Ik reed over de Gedimino Prospektas naar het neo-classicistische parlementsgebouw en de nationale bibliotheek. In het fraaie interieur staan miljoenen boeken. Op de terugweg kwam ik langs het Radvilapaleis, dat ooit het grootste gebouw was. En ik kwam om half een weer bij de escotheo.

Vilnius ~ Petrus & Pauluskerk

Een kort ritje naar de Petrus & Pauluskerk, wat buiten de stad gelegen. Een schitterend, zij het overdadig interieur met 2000 witte beelden in stuc. De kerk is in de 17e eeuw gefinancieerd door de rijke familie Pac. 

Ik reed weg uit Vilnius en ging eerst naar Kernavè, waar hoge vestingheuvels getuigen van een oude beschaving, al van 9000 v.Chr. Het was de voornaamste plaats tot het in 1365 en 1390 werd verwoest. Terug naar de hoofweg kwam ik langs het Europapark, dat het geografische middelpunt van Europa zou zijn en honderd kunstwerken zijn opgesteld. Ik sloeg dat over.

Moletai

Over de N14 kwam ik in Moletai bij een door bossen omringd merengebied waar ik op een rustige, maar veilige plaats mijn escotheo neerzette. En binnen kon kijken naar Wimbledon, Tour de France en WK-voetbal België-Frankrijk 0-1. Anti-voetbal wint....

maandag 9 juli 2018

Dag 252 Vilnius (2)

Op de camperplaats ontmoette ik Kara & Nate, amerikanen, die een 100-landentour door de wereld maken. Litouwen was hun 59e. Zij raadden de lokatie aan waar 100.000 diverse kruisen staan. 

Ik wilde nog graag 1 of 2 dagen in Vilnius blijven, dat mij erg goed beviel. Komt in de top-10 van mijn soloreis. Van de Mindaugobrug waar de escotheo staat, wandelde ik de stad in met als eerste doel de bezichtiging van de Johanneskerk met zijn imponerende façade en klokkentoren. Het interieur is een beetje nep. Daarna de orthodoxe St.Paraskevakerk.


Vilnius ~ stadszicht

Het zou deze dag een kerkentocht worden, want op mijn weg bezichtigde ik de St.Catharinakerk die rijkelijk versierd is en waar geoefend werd voor een concert en de Dominicaanse kerk met een overdadig interieur, zoals je dat in Oostenrijk ziet. Hoewel de bevolking overwegend rooms-katholiek is, is de onkerkelijkheid ook groot, maar de gebouwen worden in stand gehouden.

Verder kwam ik bij zowel de katholieke als de orthodoxe St.Nicolaaskerk. Ik passeerde diverse musea en kwam na het middaguur in de St.Casimirkerk terecht. Een typische barokke jezuietenkerk. 

Ik lunchte bij de Basiliaanse poort, dichtbij de Heilige Geestkerk en St.Theresiakerk. Maar ook bij de Poort van de Dageraad dat een kapel heeft. Vilnius is zo rijk aan bouwkundige bezienswaardigheden. En daarnaast zijn er groenvoorzieningen en brede straten met winkels die niet voor een wereldstad onderdoen. 


Vilnius ~ St.Annakerk

Het was 's middags het goede weer om een stad te verkennen. Dat werden in hoofdzaak weer kerken: Heilige Moeder Godskerk, de Bernardijnse kerk en als hoogtepunt de St.Annakerk met haar boeiende bakstenen voorgevel. 

De rest van de middag wandelde ik door het grote park met de Driekruisenheuvel. Niet de heuvel van Kara & Nate overigens. En rond het avonduur was ik in Uzupis, een stadswijk die door bohemiens e.a. tot een Republiek uitgeroepen was.

Uzupis

 Deze 'Republiek' is opgericht door kunstenaars en bohemians in 1998, en er zijn er dan ook veel galerieën, leuke restaurantjes en werkplaatsen. Op een muur hing de gehele grondwet met veel rechten en vrijheden. Te begrijpen na zo'n lange bezetting door de Sovjet-Unie. De mensen zijn blij dat ze van dat land verlost zijn.


En ik gebruikte er in een van de vele kleine, maar sfeervolle restaurantjes een europese maaltijd met inheemse rode wijn. Een orkestje speelde wat jankerige muziek, maar dat mocht het genoegen niet verminderen. Ik zat alleen, zoals wel vaker op deze soloreis, maar raakte in gesprek met anderen die dichtbij mij zaten. Wat algemeenheden over hun land en en mijn land en het WK-voetbal.