Een prachtige dag zou het worden. De 150e met als meterstand 11345km. 's Morgens scheen de zon al volop en dat zou zo blijven, tot 20⁰C. Een dag vertoeven in de Aspromonte, een bergmassief in Calabria, met als hoogste top de Montalto (1955m).
Ik vertrok vanuit Gerace en reed eerst naar Locri aan de kust. Hoewel de plaats in de klassieke tijd al bestond was er voor mij niet veel bijzonders te zien. De kust bestaat uit lange zandstranden van fijne kiezels. Ik reed over de E90 tot Bovalino waar ik de escotheo parkeerde om naar de markt te gaan, waar heerlijke lokale producten te koop waren. Op een terras gebruikte ik cappuccino en at gekochte heerlijkheden.
Aspromonte
De kuststrook heeft fruitgaarden (citrus, olijven, druiven) en naar grotere hoogten verschijnen de eiken, steeneiken, dennen, siciliaanse spar en beuken. Het is op veel plekken een indrukwekkend landschap. Er kan bij Gambarie (1311m) zelfs gewintersport worden. Ik kwam terecht in S.Luca, waar een heiligdom ter ere van de Lieve Vrouwe vereerd wordt.
Aspromonte is een apart gebied waar zelfs nog de griekse taal (het Griko) en cultuur bewaard zijn gebleven. Ik had de keuze om een van de bizarre bergdorpen te bezoeken. Bizar vanwege de ligging en het decor van de scherpe bergketens. Het werd Palizzi, waar ik zoals steeds het camperbusje beneden neerzette vanwege de smalle straatjes in het stadje en wandelend omhoog ging.
Het was halverwege de middag dat ik weer terug aan de kust arriveerde in Bova Marina waar een motorspektakel aan de gang was en ik amper door het verkeer kwam. Van Goede Vrijdag merkte ik niets. Te vroeg nog, denk ik. Ik reed door lelijke kustplaatsen waar alleen de boulevards en marina's er nog aardig uitzagen.
Daarna moest ik een keuze maken: langs de kust naar Reggio Calabria of over de bergweg de SP3. Aangezien ik definitief afzag van de oversteek naar Siciliẽ koos ik voor de tweede optie, maar reed niet verder dan Bagaladi. Ik keek even in de S.Teodoro, de eerste kerk van mijn naam en zette de escotheo bij het agriturismo-centrum, waar ik nog van de avondzon kon genieten. Ik las nog altijd in het verhalenboek van Arnon Grunberg.
Palizzi
Aspromonte is een apart gebied waar zelfs nog de griekse taal (het Griko) en cultuur bewaard zijn gebleven. Ik had de keuze om een van de bizarre bergdorpen te bezoeken. Bizar vanwege de ligging en het decor van de scherpe bergketens. Het werd Palizzi, waar ik zoals steeds het camperbusje beneden neerzette vanwege de smalle straatjes in het stadje en wandelend omhoog ging.
Het was halverwege de middag dat ik weer terug aan de kust arriveerde in Bova Marina waar een motorspektakel aan de gang was en ik amper door het verkeer kwam. Van Goede Vrijdag merkte ik niets. Te vroeg nog, denk ik. Ik reed door lelijke kustplaatsen waar alleen de boulevards en marina's er nog aardig uitzagen.
Daarna moest ik een keuze maken: langs de kust naar Reggio Calabria of over de bergweg de SP3. Aangezien ik definitief afzag van de oversteek naar Siciliẽ koos ik voor de tweede optie, maar reed niet verder dan Bagaladi. Ik keek even in de S.Teodoro, de eerste kerk van mijn naam en zette de escotheo bij het agriturismo-centrum, waar ik nog van de avondzon kon genieten. Ik las nog altijd in het verhalenboek van Arnon Grunberg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten